Paul Scholten over vrede: ”Vrede maken, vrede stichten: het is bij uitstek de taak der Kerk”

In de vorige aflevering citeerde ik uit twee artikelen die rechtsgeleerde Paul Scholten had geschreven bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog. Het ene uit september 1939, na de Duitse inval in Polen, het andere uit juli 1940, na de Nederlandse capitulatie. Daartussenin, in november 1939, schreef hij een opstel “Over den toekomstigen vrede”. Dat was dus een half jaar voordat Nederland rechtstreeks in de oorlog werd betrokken.
Vredestichters
”Zalig de vredestichters, want zij zullen kinderen Gods genoemd worden”. Aldus luidt in de nieuwe vertaling van het Nederl. Bijbelgenootschap Mattheüs 5 : 9. De Staten-vertaling had ,,vreedzamen”. Beter dan in de oude-, komt het in de nieuwe vertaling uit, dat het gebod er een is tot actief handelen, niet tot passieve onthouding van onvredige daden.” begint het opstel. (De complete Nieuwe Vertaling van het NGB verscheen pas in 1951. Maar als voorzitter van het NBG had Scholten al op 21 juni 1939 het eerste exemplaar van de vertaling van het Nieuwe Testament in ontvangst genomen.) Het artikel vervolgt: “Vrede maken — vrede stichten — het is bij uitstek de taak der Kerk. Pacifist is zij krachtens haar aard — wat echter iets anders is dan propagandist voor ontwapening of dienstweigering.” Daarmee maakt hij in één zin zijn standpunt duidelijk: “Wij als Christenen, als leden der Kerk,” moeten nadenken over wat het inhoudt dat het vrede moet worden. Vrede “op een hoger plan” dan stoppen met gevechtshandelingen.
Allereerst: de overwinnaar moet niet de vrede dicteren. Hij moet ruimte laten voor de ander, degene die verslagen is. De Kerk moet alle denken vanuit haat of wrok bestrijden. Vervolgens benoemt Scholten drie voorwaarden of uitgangspunten voor de vrede.

Voorwaarden voor de vrede
(1) “Vrede kan alleen bestaan indien zij op waarachtigheid is gebouwd. Een der afgrijselijkste dingen in onze tegenwoordige samenleving is de heerschappij van de leugen. (…) Thans zijn heele stelsels van regeering en samenleving op leugen gebouwd.” Dat gold dus in 1939. Je zou denken dat het vandaag geschreven was… Maar: “een regeling of ordening is alleen mogelijk, indien toepassing van de regels afhankelijk is van de waarheid van de feiten, die voor hun toepassing worden ondersteld.” Daarom beginnen vrede en recht met respect voor de feiten. Leugen maakt recht doen onmogelijk. En zonder recht kan er geen vrede zijn.
(2) De tweede voorwaarde is: “Verkeer en orde tusschen de menschen zijn alleen mogelijk, indien zij zich aan hun beloften gebonden rekenen, aan hun woord houden.” En dat geldt ook tussen staten, in het volkenrecht. Dit hangt natuurlijk samen met de eis van waarheid. Je liegt eerst dat je met je troepenopbouw aan de grens geen invasie beoogt. En vervolgens breek je de belofte die je daarmee impliciet gegeven had om de ander niet aan te vallen. Scholten verzucht: “De vrede kàn er niet zijn — de Kerk kan het niet genoeg herhalen — zonder waarachtigheid en oprechtheid. Het zijn wel zeer primitieve dingen, die thans weer moeten worden ingescherpt.”
“Vrede kan alleen bestaan indien zij op waarachtigheid is gebouwd. Een der afgrijselijkste dingen in onze tegenwoordige samenleving is de heerschappij van de leugen.”
(3) De derde voorwaarde voor de vrede is de verdraagzaamheid. Hier moet, aldus Scholten, “de Christelijke grondslag worden aangewezen, omdat een andere grond licht tot bederf voert.” Hij licht dat als volgt toe:
Voor de Kerk gaat deze oorlog om de Christelijke vrijheid, dat is de vrijheid van geloof en de vrijheid van prediking. Worden die erkend, dan brengen zij in haar gevolg een reeks burgerlijke vrijheden met zich. In Middeleeuwen en Hervormingstijd zijn deze doorgedrongen in de gedachtenwereld van West-Europa, hebben zij wortel geschoten in de Staatsinstellingen. De Fransche revolutie maakt haar los van haar verankering in het Christendom. De vrijheid werd tot ongebondenheid. Een ongebondenheid, die nu in sommige totalitaire staten omslaat in haar tegendeel, de slavernij. Het gevaar, dat deze slavernij voor geheel Europa, wellicht voor de geheele wereld dreigt, is de rechtvaardiging van den oorlog.
“Het gevaar, dat deze slavernij voor geheel Europa, wellicht voor de geheele wereld dreigt” – is dat ook niet wat er op het spel staat in de huidige oorlog in Oekraïne? Oekraïne is de bufferzone voor onze geestelijke vrijheid (en hetzelfde geldt voor Taiwan). Onze politici zouden dat veel sterker moeten benadrukken!
Maar verdraagzaamheid kan ontaarden in ofwel neutraliteit ofwel onverschilligheid. “Russisch-communistische of Duitsche nazi-propaganda zal niet in het minst [d.w.z.: in het geheel niet; WB] moeten worden toegelaten, tegen haar kan van den Staat onverdraagzaamheid worden verlangd.” Het gaat namelijk niet enkel om de democratische regeringsvorm, het gaat om een ideologie:
Deze oorlog is een oorlog voor de Christelijke vrijheid. Moet de Kerk niettemin in de oorlogvoerende landen verdraagzaamheid prediken tegenover de Staten, die die vrijheid en daarmee haarzelf belagen? Het schijnt een bloedeloos intellectueel spelletje of onwerkelijk idealisme hier verdraagzaamheid aan te prijzen. Onwrikbaarheid, onomstootelijke weerstand tegen den booze, het is wat hier het allereerst past. Als wij zien, welke ellende, welke geestelijke ellende vooral door de booze machten worden verwekt, lijkt het vooze sentimentaliteit, als gezegd wordt, dat men hun verdraagzaam tegemoet moet treden.
Internationale organisatie
Scholtens artikel mondt uit in een betoog voor de opbouw van een internationale organisatie, die de vrede zou moeten (kunnen) handhaven. Maar tevens: “De Kerk heeft te bedenken, dat een internationale orde alleen mogelijk is, indien zij Christelijk is gefundeerd. Zij heeft dit te prediken.” En hij sluit af met:
Wij staren huiverend naar het wereldgebeuren, vragen ons af of het niet het begin is van het einde. Toch moeten wij arbeiden, zoolang het dag is. Onze eigenmachtigheid is uit den booze. Niet wij, God verbreekt wagens en bogen. Niettemin, de Kerk heeft hier voor haar prediking van vrede tusschen de Staten haar licht.
–
Deze blog is de vierde aflevering in een serie over rechtsgeleerde Paul Scholten, geschreven door jurist Wim Borst.
Blog 1: ‘Paul Scholten, wie was hij?’
Blog 2: ‘Mijn kennismaking met Paul Scholten.’
Blog 3: ‘Paul Scholten en de oorlog: ”Zoo is dan de oorlog weder losgebroken over Europa.‘
Blog 4: ‘Paul Scholten over vrede: ”Vrede maken, vrede stichten: het is bij uitstek de taak van de kerk.’
Blog 5: ‘De receptie van het werk van Paul Scholten.’
Blog 6: ‘Rechtsvinding: ratio en intuïtie.’
Blog 7: ‘Waarheid: de kwetsbare grondslag van het recht’
Blog 8: ‘Recht en artificiële intelligentie’
Blog 9: ‘Tot het Oude Testament zullen wij ons meer hebben te wenden…‘(1)
Blog 10: ‘Tot het Oude Testament zullen wij ons meer hebben te wenden…‘(2)
Een overzicht van deze blogserie is te vinden op de webpagina van ons juristennetwerk.