26 september 2023 / 

 / 

Herleeft het Personalisme?

We beleven dit jaar nogal wat verrassingen in de Nederlandse politiek. Eén van die verrassingen is wat mij betreft de kennelijke opleving van het Personalisme. De nieuwe politieke partij Nieuw Sociaal Contract kiest  uitdrukkelijk voor (wat zij noemt) ‘een relationeel en personalistisch mensbeeld.’ Ook Paul Scholten koos uitdrukkelijk voor het Personalisme. Hebben we het over hetzelfde? Brengt Nieuw Sociaal Contract ons terug bij Scholten?

personalisme versus individualisme

Nieuw Sociaal Contract kiest voor het personalisme als alternatief voor het heersende individualisme. In haar document Grondgedachten & Uitgangspunten  lezen wij:  ‘In het personalisme staat niet het individu met zijn eigenbelang, maar de mens als persoon centraal – de mens in verbondenheid met zichzelf, met anderen en met de omringende wereld. Mensen vormen geen verzameling atomen en materie met intelligentie die op grond van behoeften en omstandigheden leven. De partij ziet mensen daarentegen als bezielde personen die zich tot elkaar verhouden met zorg.’

En even verderop: ‘Wij stellen dus niet een autonoom individu voorop. Bij ons staat de integrale persoonlijkheid van de mens centraal met fysieke en spirituele verlangens. Daarom baseren wij ons beleid op een integraal humanisme’.

En daaruit trekt de nieuwe partij dan allerlei meer praktische conclusies voor haar eigen politieke keuzes.

In een toelichtende noot lezen wij: ‘Hoewel niet exclusief is personalisme gegrond in het christelijk-bijbels denken. Personalisme typeert een persoon als deel van een gemeenschap van unieke mensen die verantwoordelijkheid dragen, die is bezield, creatief is, gedragen en geroepen tot de gemeenschap, definieert liefde en waarheid als basis voor persoonlijke verantwoordelijkheid in woord en daad, kent absoluut goed en kwaad, waarheid en leugen en dringt aan op gespreide macht en verantwoordelijkheid. Individualisme beschouwt een individu primair als een reproduceerbaar product van natuur en opvoeding, organisme met intellectuele capaciteit, competitief met vooruitgang door selectie, individuen leven op basis van gemeenschappelijke belangen, omstandigheden bepalen de juiste keuze, relativistisch en utilistische ethiek, de collectiviteit wordt geleid door meerderheden of sterkste krachten.’

Tot zover het document van NSC. Hoe verhoudt zich dit tot Scholtens Personalisme?

van Scholten naar Kohnstamm

In zijn geschreven werk noemt Scholten zegge-en-schrijve één keer het Personalisme. Dat is in een opstel uit 1924, in een beschouwing over de aard van de moraal. Want recht houdt verband met moraal. Hoezo? Dat is volgens Scholten vanzelfsprekend: ‘zonder nadere toelichting is het duidelijk, dat de scheiding recht/onrecht van de scheiding tusschen goed en kwaad afhangt, zonder haar niet kan bestaan.’ Dat brengt ons dus bij de moraal (of de ethiek: Scholten gebruikt die termen door elkaar). Maar wat ìs dat: de moraal?

‘Bij die beschouwing [over ‘het zedelijk oordeel’, WB] stel ik mij op het standpunt, onlangs door Kohnstamm als dat van het Personalisme aangewezen’, aldus Scholten. ‘Onlangs’: daarmee verwijst hij naar een essay van Ph.A. Kohnstamm uit 1922. In dat stuk en in vele latere publicaties heeft Kohnstamm zijn ‘Bijbelsch Personalisme’ ontvouwd.

Hij verwijst daarbij naar Schleiermachers Reden über die Religion uit 1799. Het betreft, aldus Kohnstamm, een wijze van denken waarin de centrale categorie die van de Persoonlijkheid Gods is, in tegenstelling tot een onpersoonlijk beginsel of begrip van ‘het Goddelijke’. Hij contrasteert die wijze van denken met de ‘personalistische’ beschouwingen van anderen, waarbij niet een theologische, maar een anthropologische toepassing van het woord ‘persoon’ in het centrum staat. En voegt daaraan toe dat men de ik-gij-relatie alleen in haar  juiste wezen ziet vanuit de ik-GIJ-relatie. Of, in religieuze termen uitgedrukt, dat men de menselijke persoonlijkheid niet begrijpen kan uit de relatie van mens tot mens, maar alleen uit de verhouding van de mens tot God. Hij bedoelt met zijn Personalisme dus niet de menselijke persoonlijkheid in het centrum te plaatsen, maar ‘integendeel dat God Persoon is en het Al beheerscht, dus ook mijn denken. Personalistisch wil dus voor mij zeggen hetzelfde als theocentrisch of theïstisch’. Daarom schrijft hij ‘Personalisme’ met een hoofdletter, ter onderscheiding van de door hem afgewezen beschouwingswijzen die de mens in het middelpunt zetten.

personalisme of Personalisme

Opmerkelijk is dat ook het NSC verwijst naar de Reden über die Religion van Schleiermacher. Toch vullen ze het personalisme duidelijk anders in dan Kohnstamm doet. Als twee hetzelfde zeggen, bedoelen ze nog niet altijd hetzelfde.

Wil ik daarmee zeggen dat NSC de plank mis slaat? Nee. Want vooreerst erkent ook Kohnstamm al dat er nog andere versies van het personalisme zijn dan de zijne. Niemand kan een begrip of betekenis monopoliseren. Op een wijsgerig stelsel of een politieke visie kun je geen octrooi aanvragen.

Bovendien: een politiek manifest is nog iets anders dan een filosofische studie. ‘Definities van personalisme zijn ontleend aan de Stanford Encyclopedy of Philosophy (Geraadpleegd 29 mei 2023: Personalism (Stanford Encyclopedia of Philosophy)‘, aldus het document van NSC. Personalisme is blijkbaar een begrip waaraan verschillende invullingen kunnen worden gegeven. Dat is nu eenmaal een eigenschap van taal. Het enige wat we dan wel moeten doen, is helderheid verschaffen over de betekenis die wij willen hanteren. Is dat niet wat politiek en filosofie gemeen hebben: goed luisteren en tegelijk ‘elk gegeven woord in de boek kijken’ (zoals Zuidema placht te zeggen). Dat zullen zowel filosofie als politiek steeds moeten blijven doen.

Verder lezen?

Nu jij!

Wat denk jij? Reageer hieronder!

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.